Er zijn meerdere haarsoorten te onderscheiden:

• Dek haar
• Grannenharen
• Onderhaar

Het dekhaar overdekt dakpansgewijs het onderhaar, het is echter niet zo dicht ingeplant als het onderhaar. Over de dekharen liggen de stevige grannenharen. Dek en grannenharen zorgen voor de elasticiteit van de pels. Het haarkleed van de normaalhaarrassen vindt zijn hoofdwaarde in de hoeveelheid onderhaar per cm2 huidoppervlak (dichtheid) en de sterkte van het haar.

Een pels rijk aan onderhaar valt niet snel terug, maar keert langzaam in haar natuurlijke ligging terug. Een pels met veel onderhaar voelt zeer vol aan en is erg waardevol. Deze eigenschap komt zeker terug op al onze clubrassen.

Op welke kenmerken wordt de pels beoordeelt?

• Dekhaar

Ieder normaalhaarras heeft gelijkmatig dekhaar, Het mag niet te grof of te zacht zijn. Als het haar wat grof is zal er vaak minder onderhaar aanwezig zijn. Te zachte dekharen zorgen voor een slappe beharing. De glans van de pels wordt door de kwaliteit van het dekhaar en de pelsconditie bepaald.

• Grannenharen

Dit zijn stevige lange haren welke onderhaar en dekharen overlappen. Ze dragen bij aan de stevigheid van de pels. Ze bepalen de pelslengte en wordt midden op de rug bepaald.

• Onderhaar

Voor de totale beoordeling van de pels is de dichtheid van het onderhaar heel belangrijk. De kwaliteit en de dichtheid van het onderhaar wordt bepaald door met de vlakke hand  tegen de haarligging in te strijken ( van achter naar voren). Dicht ingeplant onderhaar geeft meer weerstand en valt langzaam in de oorspronkelijke stand terug, bij een fraaie conditie van de pels.

Bij een dichte haarinplant is de huid niet te zien.

• Pelstoestand (contitie)

Ideaal is een geheel doorgehaarde pels zonder een dun of kaal plekje. De pels moet glanzend en aanliggend zijn. Verharing herkent men duidelijk aan oude afstervende haren en het nieuwe krachtig gekleurde haar, dat al waar is te nemen. Een fraaie pels moet aan de volgende voorwaarden voldoen:

Het haar moet regelmatig van lengte zijn

Het haar moet goed aanliggen

De verhouding grannen-,dek- en onderhaar moet fraai gelijk zijn

De elasticiteit van het grannen- en dekhaar moet stevig zijn

De pels moet glanzen en schoon zijn .

De pels moet volledig doorgehaard, en bij inblazen geen huid zichtbaar.